Ontwikkeling van de Islamitische fiqh
In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle
Tijdens het leven van de profeet (vzmh) ontvingen de
moslims de regels van de Islam direct van hem. De
Qur‘aan kwam neer als een onderwijzer, leider en mufti,
zoals Allah heeft gezegd (interpretatie van de betekenis):
Zij vragen jou om een fatwa. Zeg (O Mohammed): "Allah
geeft jullie een fatwa over de Kalalah (hij of zij die geen
vader en kind achterlaat als erfgenamen... ? [an-Nisa‚
4:176]
En het kwam om zaken uit te leggen waar de profeet
(vzmh) en zijn metgezellen onzeker over waren, zoals in
het verhaal van de vrouw die de profeet (sallAllahu alaihi
wa salaam) vroeg over haar man die van haar scheidde
door zihar (een jahili vorm van scheiding waarbij de man
tegen zijn vrouw zegt: ‘‘Jij bent voor mij als de rug van
mijn moeder?), als gevolg waarvan het eerste vers van
soerat al-Mujadilah werd geopenbaard.
De profeet (vzmh) stuurde een paar van zijn metgezellen om de nieuwe moslims te leren hoe ze moesten aanbidden en om hen wettelijke uitspraken (fatwas) te geven. De profeet (vzmh) stond hen een bepaalde ruimte toe in het begrip van de teksten van de shari‘ah om hun
4
interpretaties vervolgens goed te keuren of te
corrigeren. In de tijd van de Profeet (vzmh) gaf een
aantal van de Sahabah fatwas uit. Sommige van de
geleerden hebben gezegd dat het er veertien waren
maar in feite waren het er meer dan dat. De Profeet
(vzmh) was de imam (leider) en onderwijzer van de
mensheid en in die tijd spraken de mensen correct
Arabisch dus waren er weinig verschillen in interpretatie
en de verschillen waren erg klein. De dood van de
Profeet (vzmh) werd als een groot verlies voor de
ummah beschouwd omdat ze hun leider, gids en
perfecte voorbeeld verloren hadden.
Het is overgeleverd dat Anas ibn Malik gezegd heeft:“Na
de dood van de Boodschapper van Allah (vzmh), zei Abu
Bakr tegen Umar: “Laten we naar Umm Ayman gaan en
haar een bezoek brengen zoals de Boodschapper van
Allah (vzmh) dat gewoonlijk deed. Toen ze bij haar
kwamen, huilde ze en ze vroegen aan haar: “Waarom
huil je? Wat bij Allah is, is beter voor Zijn Boodschapper
(vzmh). Ze zei: “Ik huil niet omdat ik niet weet dat
hetgeen wat bij Allah is beter is voor Zijn Boodschapper
(vzmh). Ik huil omdat de openbaring vanuit de hemel tot
een einde is gekomen. Ze bracht hen tot tranen en ze
begonnen met haar mee te huilen. (Overgeleverd door
Muslim 2454). Maar de Profeet (vzmh) overleed niet
totdat de religie voltooid was.
5
Een van de kenmerken van deze religie, die in de tijd van
de Profeet (vzmh) volmaakt werd, was dat het
eigenschappen omvat die het kwalificeren om voort te
bestaan tot het eind der tijden.
Daarom bleef deze religie en het begrip ervan aan na de
dood van de Profeet (vzmh) en het zal volharden tot de
Dag der Opstanding. Na de dood van de Profeet (vzmh)
volgden de mensen zijn leiding en de leiding van de
rechtgeleide khalifahs die hem volgden. Abu Bakr
(radiAllahu anhu) oordeelde gewoonlijk onder hen en gaf
fatwas aan hen gebaseerd op wat hij in de Qur‘aan en
hadith gevonden had. Als hij geen antwoord kon vinden,
vroeg hij aan de moslims: “Die-en-die kwestie is aan mij
voorgelegd, weten jullie of de Boodschapper van Allah
(vzmh) een oordeel heeft geveld over een dergelijke
kwestie? Dan zou een groep van hen wellicht naar hem
toekomen waarvan iedereen zei dat de Boodschapper
van Allah (vzmh) er een oordeel over had geveld. Dan
zou Abu Bakr zeggen:“Geprezen zij Allah Die ervoor
gezorgd heeft dat er mensen onder ons zijn die dingen
van onze Profeet onthouden hebben. En als hij niet in
staat was om een sunnah te vinden die van de
Boodschapper van Allah (vzmh) was overgeleverd, dan
verzamelde hij de leiders van de mensen en de beste
onder hen en als zij het ergens over eens waren dan zou
hij volgens datgene oordelen.
6
Umar (radiAllahu anhu) deed hetzelfde nadat Abu Bakr
was overleden.
Na de uitbreiding van het islamitische grondgebied,
verspreidden de Sahabah (radiAllahu anhum) zich over
verschillende gebieden als onderwijzers en mujahidien.
Een ieder van hen gaf fatwas uit in overeenstemming
met wat hij wist van de Qur‘aan en Sunnah of de
handelingen van Abu Bakr of Umar of de conclusies waar
zijn eigen ijtihad hem toe leidde. Er waren meer dan
honderd muftis onder de Sahabah en zoals Ibn al-Qayyim
zegt gaven zeven van hen vele fatwas uit. Dit waren:
Umar ibn al-Khattab, Ali ibn Abi Talib, Abd-Allah ibn
Mas‘ood, Aishah Umm al-Muminien, Zayd ibn Thabit,
Abd-Allaah ibn ‘Abbas en Abd-Allah ibn ‚Umar
(radiAllahu anhum).
Umar (radiAllahu anhu) en zijn zoon en Zayd ibn Thabit
(radiAllahu anhum) waren in Medina en veel van hun
studenten werden geleerden, zoals Salim ibn ‚Abd-Allah
ibn‚Umar, Nafi‘ en anderen. Hun kennis werd
doorgegeven aan de zeven fuqaha‚ en uiteindelijk aan
Imam Malik ibn Anas al-Asbahi.
Ibn Mas‘ood en ‚ ‘Ali waren in Kufa en een aantal van de Tabi‘ien leerden van hen, zoals, ‘AIlqimah, al-Aswad,
7
Masrooq, Shurayh al-Qadi, Silah ibn Zafar en vele
anderen, totdat die kennis Imam Abu Hanifah al-
Nu‘maan ibn Thabit bereikte.
Fiqh en kennis verspreidden zich door de ummah van de
metgezellen van Ibn Mas‘ood, de metgezellen van Zayd
ibn Thabit, de metgezellen van ‘Abd-Allah ibn Umar en
de metgezellen van ‘Abd-Allah ibn ‘Abbas. Dat gebeurde
respectievelijk in Kufa, Medina en Mekka. Deze Tabi‘ien
gaven fatwas uit wanneer de grootste Sahabah aanwezig
waren, en zij gaven hun toestemming om dat te doen.
Ibn Umar zei bijvoorbeeld over Sa‘id ibn al-Musayyib:
“Hij is één van de muftis of één van degenen die gevolgd
moeten worden.“
En hij zei over hem: “Als de Profeet (vzmh) hem had
gezien, zou hij blij met hem geweest zijn
Via deze mensen verspreidde kennis zich wijd en zijd. Toen de ahadith verzameld werden in boeken en het aantal studenten dat zichzelf bezighield met het memoriseren en opschrijven hiervan toenam, verspreidde kennis zich over de wereld. De meeste mensen waren religieus toegewijd en bewust en dit verhinderde iedereen van het spreken zonder kennis of het beweren een geleerde te zijn wanneer hij niet gekwalificeerd was om zichzelf zo te beschrijven. Toen raakten verschillen wijdverspreid en mensen raakten
8
betrokken op het gebied van kennis terwijl het beter was
geweest als ze zich ervan afgehouden hadden. Maar met
de wijsheid van Allah was de religie geordend en
bewaard door imams waarvan de ummah
overeengekomen was dat ze leiders waren en kennisrijk
waren en dat ze het uiterste niveau van kennis over
regels en fatwas hadden. Allah zorgde ervoor dat ze
bekend werden en dat hun deugdzaamheid zich over de
wereld verspreidde.
Studenten kwamen bijeen om te leren en te studeren en
hun meningen werden verzameld in boeken. De
meningen van de Sunni-wetscholen die de waarheid van
de Qur‘aan en Sunnah volgden en die vernieuwingen in
de religie (bid‘ah) afwezen, in overeenstemming met wat
overgebracht was door de studenten van de grote
imams, werden geregistreerd in overeenstemming met
wat overgebracht was door de studenten van deze grote
geleerden, zodat de meningen van elke imam een
madhhab werden die gevolgd wordt.
De bekendste van deze madhhabs vandaag de dag zijn er slechts vier: de Hanafi, Maliki, Shafa‘i en Hanbali wetscholen. De volgelingen van deze madhhabs zijn het over de meeste zaken eens en over de belangrijkste kwesties van de religie, en de verschillen in interpretatie en in het bewijs dat hen bereikt heeft, hebben te maken met kleine kwesties. Ze volgen allemaal iets goeds, moge
9
Allah genade met hen hebben. Toen heeft elk van deze
madhhabs zich ontwikkeld wat te lang zou duren om hier
uit te leggen, totdat dingen werden zoals ze nu zijn, waar
elke madhhab boeken heeft die zijn kwesties bevatten
en methodes om uitspraken af te leiden en bewijs te
interpreteren. Onder de imams zijn er alhamdulillah
mujtahids die uitspraken kunnen voortbrengen over
eigentijdse gebeurtenissen en kwesties doormiddel van
het begrip dat Allah aan hen heeft verleend, door
gebruik te maken van ijtihad, qiyaas (analogie), de
principes van de doelstellingen van de shari‘ah, de
uitspraken van voorgaande geleerden en de principes
van usul al-fiqh. Fiqh is dus een rijke discipline gebleven
die alle kwesties van het leven bevat waar de moslim
over moet weten.
In alle tijden is er iemand die de juiste weg toont,
gebaseerd op bewijs, iemand die de waarheid herkent
betreffende een bepaalde kwestie en die weet hoe hij de
juiste conclusie moet bereiken. De geleerden konden het
niet eens worden over iets wat niet correct is, dus is kan
de ummah geen valsheid volgen. We vragen Allah om
ons Zijn religie te laten begrijpen en om ons te zegenen
met kennis en rechtschapen daden. En Allah weet het
het beste.
1 0
Voor meer informatie zie: Al-Fikr al-Sami fi Tarikh al-Fiqh
al-Islami en Tarekh al-Fiqh al-Islami door Umar ibn
Sulaymaan al-Ashqar.
En Allah weet het het beste