Artikelen




Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


121


moeten jullie de bruidschat geven, zoals


voorgeschreven. En er is geen zonde in wat jullie


overeenkomen na de bepaling (van de bruidsschat).


Zeker, Allah is Alwetend, Alwijs. (25) En degenen


onder jullie die niet de middelen hebben om vrije


gelovige vrouwen te huwen, mogen gelovige meisjes


huwen die hun rechterhand bezitten (slavinnen).En


Allah heeft de volledige kennis over jullie geloof. Jullie


komen uit elkaar voort. Huw hen met de toestemming


van hun eigen familie en geef hen de bruidschat die aan


redelijke voorwaarden voldoet; zij moeten kuis zijn,


niet overspelig of mannelijke vrienden hebben. En


indien zij gehuwd zijn en (dan) overspel plegen is hun


straf gelijk aan de helft van die van vrije vrouwen. Dit


is voor degenen die bang is zijn godsdienst of zijn


lichaam geweld aan te doen; maar het is beter voor


jullie om zelfbeheersing te oefenen en Allah is de


Vergevingsgezinde, de Genadevolle. (26) Allah wenst


het duidelijk voor jullie te maken en jullie te leiden op


de wijze van degenen die vóór jullie waren en jullie


berouw te accepteren en Allah is Alwetend, Alwijs.


(27) Allah wil jullie berouw accepteren, maar degenen


die hun lusten volgen, wensen dat jullie ver van het


rechte pad zullen afdwalen. (28) Allah wenst (de last)


voor jullie te verlichten; en de mens is zwak geschapen.


(29) O jullie die geloven! Eet niet onrechtmatig van


elkaars eigendommen, behalve als het handel met


wederzijdse overeenstemming onder jullie is. En doodt


jezelf niet. Zeker, Allah is de Genadevolste voor jullie.


(30) En wie dat op vijandige en onrachtvaardige wijze


doet, zullen Wij naar het vuur verbannen en dat is


gemakkelijk voor Allah. (31) Indien jullie grote zonden


-die verboden zijn- vermijden zullen Wij jullie zonden


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


122


vergeven en zullen Wij jullie naar een eervolle plaats


(het Paradijs) leiden. (32) En verlang niet naar die


zaken waarmee Allah sommigen boven anderen deed


uitblinken. Voor mannen is er een beloning voor wat zij


verdiend hebben en voor vrouwen ook. En vraag Allah


om Zijn overvloed. Zeker, Allah is Alwetend over alle


zaken. (33) En voor iedereen hebben Wij erfgenamen


aangewezen voor wat (eigendommen) wordt


achtergelaten door ouders en verwanten. Ook voor


degenen waarmee jullie een eed (broederschap) hebben


afgelegd, moet een gepast gedeelte worden


achtergelaten. Waarlijk, Allah is Getuige van alle


dingen. (34) Mannen zijn de beschermers en


onderhouders van vrouwen, omdat Allah de één boven


de andere heeft gesteld en omdat zij uitgeven uit hun


middelen. Daarom zijn de goede vrouwen vroom en


gehoorzaam en in afwezigheid van hun man waken zij


over wat Allah hen bevolen heeft te bewaken. En wat


betreft hen (echtgenotes) waarvan jullie


ongehoorzaamheid vrezen: waarschuw hen (eerst),


weiger (vervolgens) het bed met hen te delen, en (als


dat niet helpt) slaat hen (licht). Indien zij weer


gehoorzaam zijn, zoek dan niets tegen hen. Waarlijk,


Allah is Verheven, Groots. (35) Als jullie een breuk


tussen hen beiden vrezen, wijs dan bemiddelaars aan,


één van zijn familie en de andere van haar familie; als


zij beiden vrede wensen, Allah zal hun verzoening


verzorgen. Waarlijk, Allah is voor altijd Alwetend,


Kennend. (36) Aanbidt Allah en ken Hem geen


deelgenoten toe en wees goed voor jullie ouders, jullie


verwanten, wezen, armen die bedelen, de buur die


verwant is, de buur die een vreemde is, de metgezel aan


jullie zijde, de reiziger en degenen die jullie


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


123


rechterhand bezitten. Waarlijk, Allah houdt niet van de


hoogmoedigen die anderen de ogen uitsteken (met hun


bezit). (37) (Zij zijn) degenen die gierig zijn en bij


andere mensen gierigheid aansporen en verbergen wat


Allah hen van Zijn overvloed heeft gegeven. Voor de


ongelovigen hebben Wij een vernederende bestraffing


bereid! (38) En (ook) voor degenen die omwille van het


aanzien bij de mensen geld uitgeven en niet in Allah en


de Laatste Dag geloven en iedereen die Sheitan (Satan)


als een vertrouweling neemt; wat heeft hij dan voor een


vreselijke vertrouweling! (39) En wat voor verlies


zouden zij hebben gehad als zij in Allah geloofd


hadden en in de Laatste Dag, en uitgegeven zouden


hebben van wat Allah hen voor onderhoud gegeven


had? En Allah kent hen. (40) Zeker! Allah doet zelfs


geen kwaad ter grote van een atoom, maar als er iets


goeds gedaan wordt,verdubbelt Hij het en geeft Hij een


grote beloning. (41) Hoe (zal het) dan (zijn) als Wij van


ieder volk een getuige (een Profeet) oproepen en Wij


jou (O Mohammed) als getuige tegen deze mensen


oproepen? (42) Op die Dag wensen degenen die niet in


de Boodschapper geloofden en hem ongehoorzaam


waren, dat zij in de aarde begraven waren, maar zij


zullen nooit in staat zijn om maar een enkel feit voor


Allah verborgen te houden. (43) O jullie die geloven!


Nader het gebed niet wanneer jullie dronken zijn (of het


verstand beneveld is), totdat jullie (nuchter zijn en)


weer begrijpen wat jullie zeggen en ook niet wanneer


jullie in de toestand van onreinheid verkeren en nog


geen bad hebben genomen, tenzij jullie over de weg


reizen tot jullie het hele lichaam gewassen hebben. En


als jullie ziek zijn, of op reis, of één van jullie moet aan


de roep van de natuur gehoor geven, of jullie hebben


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


124


contact met vrouwen gehad en jullie kunnen geen water


vinden, neem dan voor jullie zelf schone aarde en wrijf


daar jullie gezichten en jullie handen mee.Waarlijk,


Allah is Inschikkelijk, Vergevingsgezind. (44) Heb jij


diegenen niet gezien aan wie een deel van het Boek is


gegeven? Zij verruilen (de Waarheid) voor de dwaling


en zij wensen dat jullie van het rechte Pad afdwalen.


(45) Allah heeft alle kennis over jullie vijanden en


Allah is voldoende als een beschermheer en Allah is


voldoende als helper. (46) Onder de Joden, zijn er een


paar die de woorden (uit het Boek) verplaatsen van hun


juiste plaats en zeggen: “Wij hoorden jouw woord en


gehoorzamen niet.” en (zij zeggen) “Hoor” en laten jou


niets horen. En “Ra’ina” (in het Arabisch betekent dit:


“Wees voorzichtig, luister naar ons” en in het


Hebreeuws betekent dit: een belediging) met een draai


van hun tongen als bespotting op de godsdienst. En als


zij maar gezegd hadden: “Wij horen en gehoorzamen,”


en “Laat ons begrijpen” zou het beter en passender voor


hen geweest zijn, maar Allah heeft hen vanwege hun


ongeloof vervloekt, dus zij geloven slechts weinig. (47)


O jullie die het Boek is gegeven! Geloof in wat Wij


jullie hebben geopenbaard, bevestigend wat (reeds) bij


jullie is, voordat Wij gezichten verminken en op hun


achterkant aanbrengen, of Wij hen vervloeken zoals


Wij de verbrekers van de Sabbat hebben vervloekt. En


de Bevelen van Allah worden altijd uitgevoerd. (48)


Waarlijk, Allah vergeeft het niet als er met Hem


deelgenoten worden aanbeden, maar daarnaast vergeeft


Hij wat Hij wil, en iedereen die Allah deelgenoten


toekent, heeft zeker een afschuwelijke zonde begaan.


(49) Heb jij degenen niet gezien die zichzelf rein


achten? Nee, maar Allah reinigt wie Hij wil en zij


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


125


zullen niet onrechtvaardig behandeld worden, zelfs niet


gelijk de omvang van een een vezeltje op een dadelpit.


(50) Kijk, hoe zij een leugen bedenken over Allah, en


dat is genoeg als een duidelijke zonde. (51) Heb jij


degenen dan niet gezien aan wie een gedeelte van het


Schrift werd gegeven? (verwijzend naar de Joden die de


moesjrikien tegen de Profeet opzetten) (Want) zij


geloven in de Djibt en de Taaghoet (twee specifieke


afgodsbeelden van de Qoraish).*1F


2 en zeggen tegen de


ongelovigen dat zij beter geleid zijn dan de gelovigen.


(52) Dit zijn degenen die Allah vervloekt heeft. En wie


door Allah vervloekt is: voor hem vind je nooit een


helper. (53) Hadden zij een aandeel in het koninkrijk?


In dat geval zullen zij de mensheid nog niet een vlekje


op de achterkant van een dadelpit geven. (54) Of zijn


zij jaloers op mensen vanwege wat Allah hen van Zijn


overvloed heeft gegeven? Waarijk, Wij gaven aan de


familie van Ibrahim het Boek, de Wijsheid en een groot


koninkrijk. (55) Van hen (jaloerse mensen) waren er


(enigen) die erin geloofden en onder hen waren


(enigen) die mensen van het geloof afhielden. En de hel


is voldoende om hen te verbranden. (56) Zeker!


Degenen die niet in Onze Tekenen geloven, zullen Wij


in het vuur verbranden en iedere keer als hun huid


geroosterd is, zullen Wij hun huid vervangen, zodat zij


de bestraffing zullen proeven. Waarlijk, Allah is


*2 Welliswaar kunnen de woorden djibt en taaghoet ruimere betekenissen


omvatten. Ze kunnen terugslaan op alles wat aanbeden wordt, buiten de ware


godheid Allah. Hiertoe behoren alle valse godheden, of het nu gaat om


afgodsbeelden, duivels, tombes, stenen, sterren, engelen, heiligen of mensen. Zie


voetnoot (Qs)


An-Nisa’ 4:51), Interpretation of the meaning of the Noble Qor-aan, Dr.


Mohammed Moehsin Khan and Dr. Mohammed Taqi Ad-Dien Al-Hilaly.


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


126


Almachtige, Alwijs. (57) Maar degenen die geloven en


goede daden verrichten, zullen Wij naar de Tuinen


verwijzen waar doorheen rivieren stromen, daarin voor


altijd verblijvend. Daar zullen zij reine vrouwen hebben


en Wij zullen hen door schaduw omringen. (58)


Waarlijk! Allah heeft jullie bevolen de onderpanden,


die jullie zijn toevertrouwd, terug te geven aan de


rechtmatige eigenaren. En als jullie tussen de mensen


oordelen, oordeel dan rechtvaardig. Waarlijk, hoe


uitmuntend is het onderricht dat Hij jullie geeft!


Waarlijk, Allah is Alhorend, Alziend. (59) O, jullie die


geloven! Gehoorzaam Allah en gehoorzaam de


Boodschapper en degenen van jullie die een


gezagspositie hebben. (En) als jullie over iets van


mening verschillen, keer dan terug tot Allah en Zijn


Boodschapper, als jullie in Allah en de Laatste Dag


geloven. Dat is beter en gepaster voor de laatste


bepaling. (60) Hebben jullie degenen niet gezien, die


beweren dat zij geloven in datgene wat geopenbaard is


aan jou, en in wat vόόr jou is geopenbaard? Zij willen


een oordeel (in hun geschillen) van de valse rechters,


terwijl hun bevolen is deze te verwerpen, Maar sheitan


wenst hun ver af te laten dwalen. (61) En wanneer


tegen hen wordt gezegd: “Kom tot wat Allah heeft


neergezonden en tot Zijn Boodschapper,” zie jij dat de


hypocrieten zich weerzinnig van je afkeren. (62) Hoe


kan het dan, wanneer een ramp hun getroffen heeft,


door wat hun handen vooruit hebben gestuurd, zij tot


jou komen en bij Allah zweren: “Wij hadden niets


anders dan het goede en verzoening voor ogen!” (63)


Dat zijn degenen waarvan Allah weet wat in hun harten


is; keer je dus van hen af en waarschuw hen en spreek


tot hen in doeltreffende woorden om hun binnenste te


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


127


treffen. (64) We hebben een Boodschapper gestuurd die


met Allah’s toestemming gehoorzaamd moet worden.


Als zij, nadat zij onrechtvaardig voor zichzelf waren,


tot jou komen en om Allah’s vergiffenis gesmeekt


hadden en de Boodschapper voor hen gesmeekt heeft,


dan zouden zij Allah zeker als de Berouwaanvaardende,


de Genadevolle vinden. (65) Bij jullie Heer, zij kunnen


geen geloof hebben tot zij jou voor al hun geschillen tot


hun rechter maken en bij zichzelf geen weerstand


voelen in jouw beslissingen en zij aanvaarden (het dan)


volledig. (66) En als Wij hen hadden bevolen


(zeggende): “Doodt elkaar “of “verlaat jullie huizen,”


dan zouden slechts weinig van hen dat gedaan hebben;


maar als zij gedaan zouden hebben wat hun gezegd is,


dan zou dat beter voor hen zijn geweest en het zou hun


geloof gesterkt hebben. (67) En waarlijk, Wij zouden


hen dan van Onze Zijde een grote beloning gegeven


hebben. (68) En waarlijk, Wij zouden hen dan op het


rechte Pad geleid hebben. (69) En degenen die Allah en


de Boodschapper gehoorzamen, zullen dan in het


gezelschap verkeren van degenen aan wie Allah Zijn


gunst heeft verleend, namelijk, de Profeten, de


oprechten, de martelaren en de rechtvaardigen. En


uitmuntend zijn deze metgezellen. (70) Zo is de


overvloed van Allah en Allah is voldoende als


Alwetende. (71) O, jullie die geloven! Neem jullie


voorzorgsmaatregelen en gaat dus voort in groepen of


gaat gezamelijk voort. (72) Er is zeker iemand onder


jullie die achterblijft. Als een ongeluk jullie treft zegt


hij: “Waarlijk, Allah heeft mij begunstigd, zodat ik niet


bij hen aanwezig was.” (73) Maar als een overvloed tot


jullie van Allah komt, zou hij zeker zeggen – alsof er


nooit vriendschapsbanden tussen jullie en hem


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


128


bestonden – “O, ik wenste dat ik bij hen was; dan zou


ik een groot succes hebben behaald.” (74) Laat die


(gelovigen) die hun leven van deze wereld verkopen


voor het Hiernamaals voor de zaak van Allah vechten


en degenen die voor de zaak van Allah vechten en


gedood worden of de overwinning behalen, zullen Wij


een grote beloning geven. (75) En wat is er mis met


jullie dat jullie niet voor de zaak van Allah vechten en


voor de zwakke, slecht behandelde en onderdrukten


onder de mannen, vrouwen en kinderen die roepen:


“Onze Heer! Red ons van deze stad wiens bewoners


onderdrukkers zijn; en breng ons van Uw Zijde een


beschermer en breng ons van Uw Zijde een helper!”


(76) Degenen die geloven, vechten op de weg van


Allah en degenen die niet geloven, vechten op de weg


van de taaghoet. Bestrijd dan de handlangers van


sjaitaan! Want waarlijk, de samenzweringen van


sjaitaan (tegen de gelovigen) zijn altijd zwak. (77)


Hebben jullie niet degenen gezien, tot wie gezegd


werd: “Houdt julie handen af (van de strijd) maar


verricht het gebed correct en betaal de zakaat.” Maar


toen het vechten hen bevolen was, zie! Een deel van


hen vreesden de mensen, zoals zij Allah vreesden of


zelfs nog meer. Zij zeiden: “Onze Heer! Waarom heeft


U ons bevolen te vechten? Kunt U ons niet een korte


tijd uitstel verlenen?” Zeg: “Kort is het vermaak in deze


wereld. Het Hiernamaals is veel beter voor degene die


Allah vreest en jullie worden in het geheel niet


onrechtvaardig behandeld. (78) “Waar jullie ook zijn,


de dood zal jullie overmannen, zelfs al hebben jullie


een machtig en hoog fort gebouwd!” En als hen wat


goeds overkomt, zeggen zij: “Dit is van Allah,” maar


als hen wat slechts gebeurt zeggen zij: “Dit komt van


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


129


jou (Mohammed).” Zeg (O Mohammed): “Alle zaken


komen van Allah.” Zij zijn degenen van het volk die


bijna niet in staat zijn een uitspraak te begrijpen. (79)


Al het goede dat jullie bereikt heeft, is van Allah, maar


het kwaad dat jullie bereikt, komt van jullie zelf. En


Wij hebben jou als een Boodschapper voor de


mensheid gestuurd, en Allah is als getuige voldoende.


(80) Hij, die de Boodschapper gehoorzaamt, heeft zeker


Allah gehoorzaamd. Maar degene die zich afkeert, Wij


hebben jou niet als toezichthouder naar hen gestuurd.


(81) Zij zeggen: “Wij zijn gehoorzaam,” maar als zij bij


jou weggaan, brengt een deel van hen de nacht door in


het maken van plannen over andere zaken dan dat jij


besproken hebt. Maar Allah noteert hun nachtelijke


(samenzweringen). Keer je dus van hen af en leg jullie


vertrouwen in Allah. En Allah is altijd voldoende als


Beschermer (voor degenen die op Hem vertrouwen).


(82) Bekijken zij de Koran dan niet nauwkeurig? Als


het niet van een ander dan van Allah was geweest,


hadden zij daar zeker veel tegenstrijdigheden in


gevonden. (83) Als er tot hen een zaak komt die de


(openbare) veiligheid of angst betreft, zouden zij het


zeker bekend hebben gemaakt. Als zij het maar bij de


Boodschapper of de gezagsdragers onder hen ter berde


hadden gebracht, zouden de juiste onderzoekers het


begrepen hebben. Als het niet voor de gunsten en


genade van Allah voor jullie geweest was, dan zouden


jullie Sheitan gevolgd hebben, enkelen uitgezonderd.


(84) Strijd dan (O Mohammed) voor de zaak van Allah,


je bent niet verantwoordelijk behalve voor jezelf en


moedig de gelovigen aan. Het zou kunnen zijn dat


Allah de kwade macht van de ongelovigen aan banden


zal leggen. En Allah is sterker in macht en sterker in de


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


130


bestraffing. (85) Iedereen die voor een goede zaak


bemiddeld, zal daar een beloning voor hebben en


iedereen die voor een slechte zaak bemiddeld zal een


deel in de last daarvan hebben. En Allah is altijd tot


alles in staat. (86) Als je met een groet begroet wordt,


groet dan terug met een groet die beter is, of met een


gelijkwaardige. Zeker, Allah houdt rekening met alle


dingen. (87) Allah. Er is geen god dan Hij! Zeker, Hij


zal jullie op de Dag der Opstanding, waarover geen


twijfel is, verzamelen. En wie is er waarachtiger in Zijn


uitspraken dan Allah? (88) Wat scheelt jullie, dat jullie


ten aanzien van de hypocrieten in twee partijen


verdeeld zijn? Allah heeft hen teruggeworpen vanwege


wat zij verdiend hebben. Willen jullie degene leiden die


door Allah tot dwaling gebracht zijn? En voor hen, die


Allah doet dwalen, daar kunnen jullie nooit een weg


voor vinden. (89) Zij willen dat jullie het geloof


verwerpen, zoals zij (het geloof) verwerpen, zodat jullie


gelijk worden. Neem hen dus niet tot bondgenoten, tot


zij op de weg van Allah zijn gekomen. Maar als zij zich


van (de Islam) afkeren, houdt hen dan (tegen) en doodt


hen waar jullie hen kunnen vinden. En neem


bondgenoten noch helpers uit hun midden.. (90)


Behalve degenen onder jullie die een groep vormen en


met wie een (vredes)verdrag is, of degenen die jullie


benaderen met hun harten, afkerig van het strijden


tegen jullie of tegen hun eigen mensen. Als Allah het


gewild had, zou Hij hen zeker macht over jullie


gegeven hebben en zij zouden jullie bevochten hebben.


Als zij zich dus van jullie terugtrekken en niet tegen


jullie vechten en jullie vrede aanbieden, dan heeft Allah


geen weg voor jullie tegen hen geopend. (91) Jullie


zullen anderen vinden, die zekerheid van jullie wensen


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


131


en zekerheid van hun eigen volk wensen. Elke keer als


zij in verleiding worden gebracht, zwichten zij


daarvoor. Als zij zich niet van jullie terugtrekken of


jullie (geen) vrede aanbieden en hun handen niet van


jullie aftrekken, neem hen dan (gevangen) en doodt hen


waar jullie hen ook aantreffen. In hun geval hebben Wij


jullie voorzien van een duidelijke vrijgeleide tegen hen.


(92) En nooit mag een gelovige een andere gelovige


doden, behalve per vergissing. En iedereen die per


ongeluk een gelovige doodt (is verplicht om) een


gelovige slaaf te bevrijden en compensatie te betalen


aan de familie van de overledene, tenzij zij daarvan


afzien. Als de overledene tot een volk behoort, waar


jullie mee in oorlog zijn en hij een gelovige was, dan is


het bevrijden van een gelovige slaaf (voorgeschreven)


en als hij tot een volk behoort waar jullie een verdrag


mee hebben, dan moet de compensatie aan zijn familie


worden betaald en moet er een gelovige slaaf bevrijd


worden. En degene waarvoor de straf (van het


bevrijden van een slaaf) te duur is; hij moet twee


aaneengesloten maanden vasten om zo berouw van


Allah te verkrijgen. En Allah is de Alwetende, de


Alwijze. (93) En iedereen die bewust een gelovige


doodt, zijn vergelding is de Hel om daarin eeuwig te


verblijven. En de woede en de vloek van Allah is over


hem en Hij bereidt voor hem een grote bestraffing voor.


(94) O, jullie die geloven! Wanneer jullie gaan


(vechten) voor de zaak van Allah, controleer dan (de


waarheid) en zeg niet tot degene die jullie Salam


(groet) geeft: “jij bent geen gelovige,” verlangend naar


de vergankelijke goederen van het wereldse leven. Er


zijn veel meer voordelen en goederen bij Allah. Zoals


hij nu is, waren jullie vroeger ook, tot Allah Zijn


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


132


gunsten over jullie heeft uitgestort, wees daarom


voorzichtig in het onderscheid. Allah is zich altijd


bewust van wat jullie doen. (95) De (thuis)blijvers


onder de gelovigen (m.b.t. de djihaad) – behalve


degenen die daartoe niet in staat zijn – zijn niet gelijk


aan degenen die met hun rijkdommen en hun levens


hard streven en vechten voor de zaak van Allah. Allah


heeft degenen die met hun rijkdommen en levens hard


streven en vechten (volgens graad van intentie)


bevoorrecht boven de (thuis)blijvers. En eenieder heeft


Allah het goede beloofd, maar Allah heeft de strijders


boven de (thuis)blijvers bevoorrecht met een geweldige


beloning. (96) (Waardige verblijfplaatsen) van Hem


volgens niveau, alsook vergeving en genade. En Allah


is de Vergevingsgezinde (voor Zijn helpers), de


Genadevolle (voor de gehoorzamen). (97) Waarlijk!


Tot degenen waarvan de zielen door de Engelen


worden meegenomen, terwijl zij zichzelf onrecht


hebben aangedaan, zeggen zij (de Engelen): “In wat


voor een situatie waren jullie?” (toen julie stierven) Zij


antwoordden: “Wij waren zwak en onderdrukt op


aarde.” Zij (de Engelen) zeggen: “Was de aarde van


Allah niet wijds genoeg voor jullie om uit te wijken?


Zulke mensen vinden hun verblijfplaats in de Hel –


Wat een kwade bestemming! (98) Behalve de zwakken


onder de mannen, vrouwen en kinderen die niet in staat


zijn om een plan te bedenken noch een weg kunnen


vinden. (99) Voor hen is er hoop dat Allah hen zal


vergeven, en Allah is de Vergevingsgezinde,


Vergevend. (100) Hij die voor de zaak van Allah


wegtrekt, zal op de aarde veel verblijfplaatsen vinden


en een overvloed om van te leven. En iedereen die zijn


huis voor Allah en Zijn Boodschapper verlaat en de


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


133


dood overmant hem (daarna); zijn beloning is zeker bij


Allah. En Allah is de Vergevingsgezinde, de


Genadevolle. (101) En als jullie (moslims) door het


land reizen, rust er voor jullie geen zonde op wanneer


jullie het gebed verkorten, als jullie bang zijn dat de


ongelovigen jullie kunnen aanvallen. Waarlijk, de


ongelovigen zijn altijd een openlijke vijand voor jullie.


(102) Als jij bij hen bent (O Mohammed) en hen in het


gebed leidt, laat dan een deel van hen bij jou staan (in


gebed) en laat zij hun wapens dragen; als zij met hun


knielingen klaar zijn, laat zij dan achter plaatsnemen en


laat de andere groep naar voren komen die nog niet


gebeden heeft, en laat hen dan met jou bidden en als


voorzorgsmaatregelen de wapens dragend. De


ongelovigen wensen dat jullie, je wapens en bagage


onbeheerd achterlaten, zodat zij jullie plotseling


overvallen. Maar het is geen zonde voor jullie als jullie


je wapens afleggen omdat het ongemakkelijk is door de


regen of omdat jullie ziek zijn. Maar neem jullie


voorzorgsmaatregelen. Waarlijk, Allah heeft een


vernederende bestraffing voor de ongelovigen


voorbereid. (103) Als jullie met het gebed klaar zijn,


gedenkt Allah dan staand, zittend en liggend op jullie


zijden, maar als jullie buiten gevaar zijn, verricht de


gebeden dan correct. Waarlijk, het gebed is de


gelovigen op verplichte tijden opgelegd. (104) En


verslap niet in het vervolgen van de vijand. Wanneer


jullie moeilijkheden hebben, hebben zij zeker (ook)


moeilijkheden zoals jullie die hebben.Maar jullie


koesteren hoop (in de hulp en beloning) van Allah,


waarop zij niet hopen. En Allah is de Alwetende, de


Alwijze. (105) Zeker, Wij hebben aan jou het boek


(deze Koran) in waarheid gestuurd, zodat jij tussen de


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


134


mensen kunt oordelen door wat Allah jou heeft laten


zien, wees dus geen pleitbezorger voor de verraders.


(106) En zoek Vergiffenis bij Allah, zeker, Allah is de


Vergevingsgezinde, de Genadevolle. (107) En pleit niet


voor degenen die zichzelf bedriegen. Waarlijk, Allah


houdt niet van iemand die een verrader van Zijn


onderpand is, en zich met misdaden bezig houdt. (108)


Zij kunnen (hun misdaden) voor de mensen verbergen,


maar zij kunnen (het) niet voor Allah verbergen, want


Hij is bij hen wanneer zij in de nacht samenzweren met


woorden die Hij niet kan goedkeuren. En Allah weet


altijd wat zij doen. (109) Zie! Jullie zijn degenen voor


hen pleiten in het tegenwoordige leven, maar wie zal


voor hen pleiten op de Dag der Opstanding tegen Allah,


of wie zal hun verdediger zijn? (110) En iedereen die


kwaad doet of zichzelf onrecht aandoet en daarna


Allah’s vergiffenis zoekt: hij zal vinden dat Allah


Vergevingsgezind, Genadevol is. (111) En wie een


zonde begaat: voorwaar, hij begaat die slechts tegen


zichzelf. En Allah is de Alwetende, de Alwijze. (112)


En wie een fout of een zonde begaat en het daarna aan


een onschuldige toeschrijft, heeft zichzelf zeker een


valsheid en een duidelijke zonde opgelegd. (113) En


ware het niet vanwege de Gunst van Allah en Zijn


Genade voor jou, dan had een deel van hen zeker het


besluit genomen om jou te misleiden, maar (eigenlijk)


misleiden zij niemand behalve zichzelf en zij kunnen


jullie nog het minste kwaad doen. Allah heeft aan jullie


het Boek en de Wijsheid gestuurd en onderwees jou


wat jij niet wist. En de gunst van Allah is altijd groot


voor jou. (114) Er is geen goeds in het meeste van hun


geheime gesprekken, behalve (bij) degenen die de


liefdadigheid in Allah’s naam beveelt of het goede of


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


135


verzoening tussen de mensheid, en wie dat doet om het


genoegen van Allah te bereiken, zullen Wij een grote


beloning geven. (115) En al wie de Boodschapper


tegenwerkt, nadat de Leiding hem duidelijk is


geworden en (vrijwillig en opzettelijk) een ander pad


opgaat dan de gelovigen:*2F


3 Wij laten hem (gaan naar)


waarheen hij zich afgekeert had. Vervolgens doen Wij


hem branden in de (kwellende) Hel – wat een (grimmig


lot en) kwade bestemming!*3F


4 (116) Waarlijk! Allah


vergeeft niet dat Hem deelgenoten toegekend worden in


aanbidding met Hem maar Hij vergeeft daarbuiten wie


Hij wil. En wie deelgenoten aan Allah toekent is zeker


ver afgedwaald. (117) Zij (de polytheïsten) aanbidden


niets anders dan vrouwelijke afgodsbeelden (m.n. Laat,


‘Oezza en Manaat) naast (Allah). En zij aanbidden


(onlogischerwijs) niemand anders dan (de misleidende)


Satan, (hun gezworen vijand en) volhardende


opstandeling! (118) (En omdat) Allah hem (Zijn genade


heeft ontzegd en) heeft vervloekt, zei (Sjaitaan): “Ik zal


een bepaald deel van Uw dienaren (voor mezelf)


reserveren (door hen naar mijn gehoorzaamheid te


leiden).” (119) Waarlijk, ik zal hen misleiden (en doen


afdwalen van het rechte Pad). En ik zal hun ijdelheid


opwekkenen en ik zal hen bevelen om de oren van het


vee te snijden (tegen de wetten van Allah in). En


voorwaar, ik zal hen bevelen om Allah’s schepping te


veranderen (en geweld aan te doen).” En al wie Sjaitaan


(blindelings en gehoorzaam) als beschermheer verkiest


boven Allah, heeft zeker (en ongetwijfeld) een duidelijk


*3 De omschrijving ‘gelovigen’ heeft allereerst betrekking op de sahaabah (de


metgezellen van de Profeet).


*4 Dit vers bewijst dat het niet toegestaan is om As-Soennah wal Djamaa’ah te


verlaten, om vervolgens een eigen sekte of groepering te beginnen.


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


136


verlies geleden (zowel in dit leven als in het


Hiernamaals). (120) Hij (Sjaitaan) belooft hen (meer


levensjaren) en roept bij hen valse hoop op (om


rijkdommen te verkrijgen waardoor ze de opstanding en


de afrekening ontkennen). Weet dat deze (waardeloze)


beloftes van Satan slechts bedrog zijn. (121) De woning


van zulke (mensen) is de Hel en zij zullen daar geen


ontsnappingsroute uit vinden. (122) Maar degene die


geloven en goede daden verrichten, zullen Wij naar de


Tuinen verwijzen waar rivieren onderdoor stromen, om


daarin voor altijd te verblijven. De belofte van Allah is


de waarheid en welke woorden kunnen waarachtiger


zijn dan die van Allah? (123) Het zal niet volgens jullie


wensen zijn, noch van die van de mensen van het Boek:


iedereen die kwaad doet, zal er voor worden gestraft en


hij zal geen beschermer of helper vinden naast Allah.


(124) En iedereen die goede daden verricht, man of


vrouw, en hij (zij) is een ware gelovige; zij zijn


degenen die het Paradijs binnentreden en hen zal niet


de kleinste onrechtvaardigheid ter grootte van een


vlekje op de achterkant van een dadelpit gedaan


worden. (125) En wie heeft er een betere godsdienst


dan degene die zich (zuiver en alléén) aan Allah


onderwerpt, de (oprechte) weldoener is en de


godsdienst van Ibrahim ‘Hanifa’ (de oprechte) volgt.


En Allah heeft Ibrahim als boezemvriend genomen.


(126) En aan Allah behoort alles wat in de hemelen is


en alles wat op aarde is. En Allah omvat altijd alle


zaken. (127) Zij vragen jou wettige aanwijzingen over


de vrouwen, zeg: “Allah instrueert jullie wat in het


Boek is gereciteerd over de weesmeisjes die jullie niet


het aangewezen deel hebben gegeven en die jullie toch


willen huwen. En (over) de kinderen die zwak en


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


137


onderdrukt zijn en dat jullie moeten zorgen voor de


rechtvaardigheid voor de wezen. En al het goede wat


jullie doen, voorwaar, Allah weet ervan. (128) En als


een vrouw wreedheid of verwaarlozing van haar man


vreest, is er geen zonde voor hen als zij beiden tot


voorwaarden voor vrede tussen hen komen; en


vredestichten is beter. En de aard van de mens is


geneigd tot hebzucht. Maar als jullie het goede


verrichten en van het kwade wegblijven, waarlijk,


Allah is Alwetend over wat jullie doen. (129) Jullie


zullen nooit volmaakt rechtvaardig tussen jullie


vrouwen kunnen handelen al is dit jullie diepste wens,


hang dus niet teveel aan één van hen (door haar meer


van je tijd en je onderhoud te geven) en de andere aan


haar lot over te laten. En als jullie rechtvaardig zijn en


alles doen wat juist is en Allah vrezen door weg te


blijven van wat verkeerd is, dan is Allah de


Vergevingsgezinde, de Genadevolle. (130) Maar als


jullie scheiden (door echtscheiding) dan zal Allah


beiden van Zijn overvloed schenken. En Allah is altijd


Voldoende voor de noden van Zijn schepselen, Alwijs.


(131) En aan Allah behoort alles wat in de hemelen is


en alles wat op aarde is. En waarlijk, Wij hebben de


mensen aan wie het Boek vóór jullie werd gegeven, en


ook jullie aangeraden om Allah te vrezen en jullie


plichten ten opzichte van Hem na te komen. Maar als


jullie ongelovig zijn, voorwaar, aan Allah behoort alles


wat in de hemelen en alles wat op aarde is. En Allah is


Behoefteloos, Prijzenswaardig. (132) En aan Allah


behoort alles wat in de hemelen is en alles wat op aarde


is. En Allah is voldoende als Regelaar van alle zaken.


(133) Als Hij wil kan hij jullie wegnemen, O mensen,


en vervangt Hij jullie door anderen. En Allah is altijd


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


138


almachtig hierover. (134) Iedereen die een beloning in


dit leven wenst: het is bij Allah dat de beloning voor dit


wereldse leven en het Hiernamaals is. En Allah is de


Alhorende, Alziende. (135) O jullie die geloven! Wees


standvastig met betrekking tot de rechtvaardigheid als


getuigen van Allah. Zelfs tegenover jullie zelf, jullie


ouders of jullie verwanten. Hetzij rijk of arm. Allah is


beter dan beiden. Volg niet de begeerte opdat je niet


onrechtvaardig zult zijn. En als jullie (je getuigenis)


verdraaien of weigeren te getuigen, waarlijk, Allah


weet wat jullie doen! (136) O, jullie die geloven!


Geloof in Allah en Zijn Boodschapper, en het Boek wat


Hij aan Zijn Boodschapper heeft neergezonden, en aan


het Boek wat Hij aan degenen voor (hem) heeft


neergezonden. En iedereen die niet in Allah en Zijn


Engelen, Zijn boeken, Zijn Boodschappers en de


Laatste Dag gelooft, is zeker ver afgedwaald. (137)


Waarlijk, degenen die geloven, daarna niet geloven en


dan (weer) geloven en dan niet meer geloven, en dan


het ongeloof vermeerderen: Allah zal hen niet


vergeven, noch hen op de rechte weg leiden. (138) Geef


aan de hypocrieten het bericht dat er voor hen een


pijnlijke bestraffing is! (139) Degenen die ongelovigen


tot bondgenoten nemen in plaats van gelovigen, zoeken


zij eer bij hen? Waarlijk, alle eer is bij Allah (alleen).


(140) En het is al tot jullie geopenbaard in het Boek, dat


als jullie de Verzen van Allah horen en zij verworpen


en bespot worden, dat jullie niet met hen (die dit doen)


zitten, totdat zij over andere zaken spreken. Anders


zouden jullie zullen jullie zeker zoals hen zijn. Zeker,


Allah zal de hypocrieten en ongelovigen allen in de Hel


verzamelen. (141) Die (hypocrieten) die afwachten en


jullie observeren, zeggen als jullie een overwinning van


Hoofdstuk soera 4 An-Nisā’ – De vrouwen Deel Guz 5


139


Allah behalen: “Waren wij niet met jou?” Maar als de


ongelovigen een succes behalen, zeggen zij tegen hen:


“Hebben wij geen heerschappij over jullie gewonnen en


hebben wij jullie niet tegen de gelovigen beschermd?”


Allah zal over jullie (allen) oordelen op de Dag der


Opstanding. En Allah zal nooit aan de ongelovigen een


weg tegen de gelovigen geven. (142) Waarlijk, de


hypocrieten proberen Allah te misleiden en Hij vergeldt


hun (misleiding). En wanneer zij opstaan voor het


gebed, staan zij er lui bij, om door de mensen gezien te


worden. En zij gedenken Allah maar weinig. (143) (Zij)


zweven hiertussen en zij behoren noch tot dezen noch


tot genen. En degene die Allah laat dwalen, daar vinden


jullie nooit een weg voor. (144) O, jullie die geloven.


Neem niet de ongelovigen tot bondgenoten in plaats


van de gelovigen. Willen jullie bij Allah een duidelijk


bewijs tegen jullie zelf geven? (145) Waarlijk, de


hypocrieten zullen in de laagste diepte van het Vuur


zijn, jullie kunnen geen helper voor hen vinden. (146)


Behalve degenen die berouw hebben, goede daden


verrichten, zich aan Allah vasthouden en hun


godsdienst voor Allah reinigen zullen met de gelovigen


zijn. En Allah zal aan de gelovigen een grote beloning


geven. (147) Wat heeft Allah er aan om jullie te


straffen als jullie (Hem) danken en in Hem geloven? En


Allah is de Waarderende (van het goede), de


Alwetende. ۞


(148) Allah houdt er niet van dat er openlijk slechte


woorden worden gesproken, behalve door wie onrecht


aangedaan is. En Allah is Alhorend, Alwetend. (149)


Als jullie (de mensheid) openlijk het goede doen, of het


verbergen of iets kwaads vergeven, waarlijk, Allah is


Vergevingsgezind, de Almachtige. (150) Waarlijk,



Recente berichten

EEN BOODSCHAP VAN EEN ...

EEN BOODSCHAP VAN EEN MOSLIMPREKER AAN EEN CHRISTEN

Zwangerschap en borst ...

Zwangerschap en borstvoeding tijdens de Ramadan

Een aantal regels ove ...

Een aantal regels over zedelijkheidsnormen bij een bezoek aan een zieke